
Samuël, een zoon der Wet
128) Samuël sloeg bedroefd de handen ineen. „O wee, o wee! Gij moogt dat niet zeggen. Zijt gij niet bevreesd om dat te zeggen ? Ik mag dat niet aanhoren, ofschoon . . . . ..ofschoon . . . . . en ik ben in Bethlehem geweest, waar Hij geboren is. Maar — dan zijt gij ...

NIENKE
(Met toestemming Uitgever J. H. Kok te Kampen) 81 , , Onze Nienke is er om voor de huishouding te zorgen. Daar was er niet een, die orde op zaken stelde en toen heeft Hedwig gevraagd, of zij niet een poosje zou kunnen komen om te helpen. Het dienstmeisje is er ook nog maar kort. ...

NIENKE
(Met toestemming Uitgever J. H. Kok te Kampen) 102) Met aandacht luisterde Ds Buitenveld naar dit ongekunsteld verhaal, 't Was het groote wereldbeweeg, beschouwd met den blik van een eenvoudigen landman, die nooit verder was geweest dan eigen omgeving. Met niet het geringste besef van wat ...

Kleine Luijden
„Dominé',, — zei Sien, en hare stem beefde van aandoening — „ik hoop dat U mij goed verstaat. Hoeveel dank ik gevoel u verschuldigd te zijn, kan ik niet uitspreken, maar hoop in 't vervolg nog meer dan tot heden, in de gelegenheid te zullen zijn dezen U te toonen. Met wat u zegt, kan ik mij ook v ...

Samuël, een zoon der Wet
90) Toen hij de tijding aan zijn schoonouders bracht, zei Sinaï alleen maar : „Het is wel geen mannelijk zaad, maar de vermeerdering van Zijn volk is de Heere toch aangenaam !" Dat was wel een beetje een koud-waterbad voor Mandel, die nog niet zover gekomen was, om ...

NIENKE
(Met toestemming Uitgever J. H. Kok te Kampen)105) Gelukkig, dat Tjerk nog de rechterhand was, waarop vertrouwd kon worden. Een beste jongen, wat haar man en Gabe ook zeggen mochten ! 't Zou wat worden op „Donia-state", als hij ontbrak, 's Morgens en 's avonds altijd dezelfde, en steeds o ...

NIENKE
(Met toestemming Uitgever J. H. Kok te Kampen) 55) En dit laatste had zij getoond, alleen ten opzichte van dat trouw blijven geen belofte willen afleggen, omdat zij niet wist of dit voor beiden wenschelijk was. Beiden zouden zij hun leven in Gods hand stellen om dan af te wachten in welke ...

Samuël, een zoon der Wet.
80)„Nu, zoiets bedoel ik juist ! Maar- het is voor mij alleen te zwaar — zó vol is het. Het is een fijn zaakje ! Met mijn ouwe heer is niets te beginnen, die heeft daar geen verstand genoeg voor, — en er is ook verder onder mijn volkje geen een daarvoor geschikt, die kerels wroeten-al-maar ...

Feuilleton.
Van 's levenspad Van strijd en overwinning.I. De zoo gevreesde, en toch zooveel voorkomende ziekte, de tering, had een man, in de kracht zijns levens aangetast. Langzaam, heel langzaam kwijnde hij weg, meer en meer werd zijn lichaam ...

Samuël, een zoon der Wet
82) Als een echte Joodse geleerde had hij vooral een fijn begrip van de geheime betrekkingen van de ziel tot God en het wereldgeheel, maar slechts weinig begrip van de werkelijkheid van een boom, een dier, en de bodem der akkers. Hij kon wel vlijtig aan deze dingen ...